Liefdesrelaties: een onderzoek

We liepen in Amsterdam-Noord, door het Twiske, een gebied waar de veenplassen zich aan elkaar rijgen en vele vogels huizen. De herfst was op z’n mooist. Een warme zonnegloed lag over het landschap, een waaier zaan kleuren streelde onze ogen.

De avond daarvoor was de laatste Verhalenavond van Idéfix. Dit keer niet aan de Bloemgracht, maar geïmproviseerd in een anti-kraakpand. Mijn lijf dreunde nog na van de emoties, beelden, prachtige woorden – én van een tik teveel wijn…

De wandeling was bedoeld om een idee over leiderschap verder te brengen. Maar op de een of andere manier bleven we steeds steken op iets anders: liefdesrelaties. We zoomden in, uit, keken naar onze eigen relaties en die vlak om ons heen en constateerden van alles. Vooral: dat deze vreemde tijd onze relaties op scherp zet en uitvergroot wat er al sluimerde. Alsof we collectief op de proef worden gesteld.

In een zoveelste poging om toch van onderwerp te veranderen zei ik “Tja, ooit worden we natuurlijk relatietherapeut”, waarmee Lotte voluit instemde.

Het gebeurde allebei in een split second:

Eerst hoorde ik een protestgeluidje, van ver weg, ver in de toekomst. Een oud en wijs geworden Anne protesteerde, met krakerige stem: “Nou.. dat weet ik zonet nog niet!”. Zij vond het maar krap daar, met z’n drieën in een kamer, voelde zich beklemd.

Vlak daarna viel het idee me binnen: een kring met stellen, voor wie wij een onderzoek faciliteren naar wakkere relaties. Met mensen die van meerdere perspectieven willen leren; een onderzoeksruimte met diepte én humor.

Vanaf dat moment liet het onderwerp ons écht niet meer los. Al snel doopten we het beestje Liefdeslab en maakten we al onze ideeën tot een concrete vorm.

En nu we zover zijn, voel ik de immense kracht van Liefdeslab al, en ook wat het met mij doet om dit in de wereld te zetten. Er komt van alles in het licht. Ik voel me teer en raakbaar - én boordevol zin en levenslust.

Laten we beginnen met het onderzoek dat nooit hoeft te stoppen.

Salut,

Anne

“In een zoveelste poging om van onderwerp te veranderen zei ik; ‘Tja, ooit worden we relatietherapeut’.”

 
Vorige
Vorige

Met klamme rug

Volgende
Volgende

Een groot taboe